04 februari 2007

Op bezoek bij Annie Leroy

Het kledingatelier
De merkwaardige Robert Naoussi en naar hem is de school van Annie genoemdBouwen betekent hier ook het water van ver aandragen
Het enthousiaste blindenkoor
Varkens en vissen kweken!

Maandag 29 januari 2007

Na afscheid genomen te hebben van Filip, Djumaï en Stef, vertrekken we naar Bafoussam of beter Doumelong, op 12 km voor Bafoussam, bij Annie Leroy.
We komen er na een telefoontje om de weg te vinden vroeger aan dan voorzien en zijn er heel hartelijk welkom. Na een korte rust bezoeken we enkele klassen van haar technische school “Robert Naoussi”. Een jonge Afrikaan die op 23 jarige leeftijd sterft aan melaatsheid en in navolging van Thérèse van Lisieux “missionaris via het lijden” wordt. Na heel wat strijd aanvaardt hij zijn ziekte en draagt het op om de bekering van zijn familie en dorpsgenoten te bekomen. ‘Maman Annie” zoals ze hier genoemd wordt toont ons heel fier de verschillende ateliers: metsen, kleding, metaal- en houtbewerking, elektriciteit en handelsopleiding. Met haar pensioen en spaargeld (ze is 75!!) en steun van enkele NGO’s heeft ze in 12 jaar deze school van 215 leerlingen opgebouwd en betaalt ze de lonen van de leerkrachten want de ouders kunnen maar een deel van die schoolkosten dragen en de staat komt niet tussen in ‘vrije scholen’. Hier bij Annie is het waterprobleem in het droog seizoen groot. De mensen van het dorp doen aan zandwinning en om dat zand te spoelen gebruiken ze zeer veel bronwater en zo komt er geen tot de school: de gestrafte leerlingen moeten dan een paar emmers water halen. Gelukkig is het geen internaat.
Onze reiservaringen zijn dus heel rijk en af en toe confronterend. Annie is bij de lekenorde van Charles de Foucauld en vangt twee gehandicapten en twee ‘behekste’ kinderen en een lerares op. Samen met hen eten we ’s avonds gezellig samen. Voor het ogenblik is ze een nieuw gebouw van drie klassen aan het voorschieten en hoopt dat de Noord-Zuid werking van de provincie West-Vlaanderen haar zal helpen want anders kan ze de lonen van de leerkrachten niet uit betalen. Werkelijk een merkwaardige, lieve vrouw.
Na het eten kan ik eindelijk eens naar onze mails kijken en we zijn blij van het goede nieuws van onze kinderen en het koor, de karmel en de collega’s van Regine te vernemen. Omstreeks tien uur gaan we dan in ons zeer sober kamertje in de pastorij slapen.

Dinsdag 30 januari 2007

Al vroeg op want om 6u15 is er ochtendmis. Daarna gaan we het Mariabedevaartsoord van de parochie bezoeken en samen met de medepastoor rijden we naar een andere sector van de parochie waar ook een lagere school is. Een heel moeilijke weg doordat er een brug ingestort is. Na de middag bezoeken we een blindenhuis in Bafoussam dat door Mama Annie begonnen is en nu geleid wordt door een slechtziende man met zijn vrouw. Het is uitgegroeid tot een tehuis voor 42 blinden en slechtzienden. Veel van de leerlingen volgen gewoon onderwijs en doen het er merkwaardig goed. Zelfs tot universitaire studies toe. De kinderen zijn wel heel eng gehuisvest maar de vraag is zo aandringend groot dat Samuel, de verantwoordelijke, niet kan weigeren. We geven dan ook wat steun om zijn mooie werk verder te kunnen zetten. Voor we vertrekken geven ze ons een schitterend zangoptreden en nadat wij de Vlaamse Leeuw gezongen hebben, zingen ook zij hun nationale hymne. We geraken er moeilijk weg maar hebben er weer heel wat vrienden bij.
’s Avonds eten we met Seraphine, Prosper; Nicaise, Pauline, Eliane, mama Annie en pastoor Emmanuel samen ons afscheidsmaal. We bekijken ook nog de foto’s van ons verblijf hier en dan gaan we slapen.

PS Door de tragere internetverbinding lukt het me voorlopig niet om iets op de blogspot te zetten. Het zal tot de 3 februari zijn als we weer in Maroua zijn.

Woensdag 31 januari
Annie is zo goed met ons mee te gaan tot Founban, een sultanstad. We vertrekken al vroeg want we moeten een lange tocht afleggen. We bezoeken nog het interessante landbouwvormingscentrum van de streek. Ook hier heeft Annie bij de stichting haar steen bijgedragen door te helpen bij het vormen van de jonge landbouwers. Goed gevonden was het kweken van vissen met de afval van de varkenskweek. Misschien een oplossing voor onze varkensmestoverschotten.
Daarna gaan we naar het artisanaat van Founbam en bezoeken ook kort het sultanaat. Dan nemen we hartelijk afscheid van Annie. We zullen ons verblijf bij haar niet vergeten!
Tot nu toe was het asfaltweg maar nu begint de piste. Het valt nog mee en om twaalf uur zijn we in Magba waar we bij pastoor Philippe onze lekkere picknick die Annie meegegeven heeft met hem delen. Hij is heel blij want hij krijgt niet zoveel bezoek en is bovendien oud-student van het seminarie van Maroua. Dan neem ik het stuur over. Even paniek als ik bijna vast rijd in een rivier maar Frans rijdt ons direct weer los. De wagen is wel wat te laag voor het echte broussewerk. Omstreeks 17 uur komen we in Founbam waar we bij een Filippijnse priester Henry met een Keniaanse stagiair overnachten. Morgen wacht ons de lange rit naar Ngaoundere.

Geen opmerkingen: